Circulariteit in de proces industrie

HDN heeft vanuit het UPCM (Uitvoeringsprogramma Circulaire Maakindustrie) de opdracht gekregen om een algemene werkmethode uit te werken op gebied van circulariteit voor de procesindustrie. Het netwerk van HDN is uitermate geschikt om dit uit te voeren. Alle disciplines zijn vertegenwoordigd en de te ontwikkelen methode is daardoor direct te toetsen in de praktijk. Middels het netwerk kunnen we de methode vormgeven met alle specialisten uit de markt. HDN heeft de ervaring in het opzetten van een methode op gebied van hygiëne. Ook dat onderwerp was vrij interpreteerbaar en kan op vele manieren ingevuld worden. De te ontwikkelen methode moet voor de hele procesindustrie handvatten bieden en tot concreet meetbare aspecten komen. Praktisch en aantoonbaar is de leidraad.

Een vast gegeven in de methodiek wordt het toepassen van het circulair paspoort.

De te nemen maatregelen hebben betrekking op de Circular Transition Indicators (CTI)

  1. Value the loop: De footprint (integrale CO2 uitstoot, waterbelasting en energie gebruik)
  2. Optimize the loop: Gebruik van schadelijke of schaarse grondstoffen
  3. Close the loop: De recyclebaarheid van materialen en componenten

 

Materiaal paspoorten zijn daarbij een praktisch hulpmiddel, maar daarnaast hoort ook een duidelijke formulering van de doelstellingen van een bedrijf. Deze doelstelling moet makkelijk omgezet kunnen worden concreet te nemen maatregelen. Zoals bijvoorbeeld een gewenste gebruikstermijn t.o.v. de verwachte levensduur. Daar kan een concrete restwaarde of circulair plan op gemaakt worden.

Met het opzetten van een integrale werkmethode voor de hele keten en de gewenste resultaten van het project, is het project gericht op:

  • Een concrete vraagstelling vanuit de gebruiker
  • Lijst met mogelijke ontwerpmaatregelen
  • Organiseren van aantoonbaarheid op gebied van:
    • Voldoen aan de maatregelen
    • Uniform circulair paspoort
    • Rekenmodellen KPI’s

Inventarisatie proces industrie

Het projectplan bestond in eerste instantie uit het inventariseren van de toeleveranciers markt van de procesindustrie. Hierbij was de doelstelling om te leren waar de vraagstukken liggen bij de uitvoerende partijen op gebied van circulariteit binnen de maakindustrie voor de voedingsmiddelenbranche. We stelden daarbij de vragen:

  • Wat verstaat men onder circulariteit?
  • Hoe wordt dit eventueel al toegepast?
  • Wat komt de markt tekort om dit meer aantoonbaar te maken met een circulair paspoort?

De markt blijkt wel degelijk bezig te zijn met circulariteit, maar zoekt naar een concrete invulling en de mogelijkheden om dat praktisch te maken. Daarbij wordt circulariteit vooral in combinatie gebracht met recycling en duurzaamheid. Voor het onderzoek zijn 45 bedrijven geïnterviewd.

7 Engineeringbedrijven

11 Machinefabrieken

7 Revisie- onderhoudsbedrijven

13 Installateurs

7 Handelsbedrijven

 

Algemene indruk

  • Zoals vooraf verwacht zijn er veel interpretaties van het woord circulair.
    • Recyclen en duurzaamheid is het meest genoemd.
    • Veel verwarring met MVO.
  • Engineeringsbedrijven worstelen met het begrip circulariteit. Zij willen wel, maar weten niet hoe.
  • Machinefabrieken doen onbewust al heel veel. Veel bedrijven willen het begrip TCO (Total cost of ownership) als USP gebruiken. Inkopers omzeilen dit uit commercieel oogpunt. Er bestaat een budget conflict tussen Operationele inkopen (Opex) en de inkoop van kapitaalgoederen (Capex ). Bij inkoop van kapitaalgoederen wil men in die gevallen de operationele kosten niet meenemen in de besluitvorming.
  • Veel drijven zijn al als vanouds gericht op hergebruik of verlengen van levensduur. Denk daarbij aan revisie- of onderhoudsbedrijven en de handel in gebruikte componenten. Vooral die laatste groep heeft een minderwaardig imago en ziet dit als een kans om dit op te waarderen.
  • Revisiebedrijven hebben moeite met verkrijgbaarheid van verouderde technieken en moeten noodgedwongen vaak al overstappen naar refurbishen. Delen van een machine worden dan hergebruikt.

  • Installateurs zien circulariteit als ballast en vrezen een papieren tijger. Zij denken geen rol te hebben in alle ontwikkelingen. Ze zien dit als een rol voor hun toeleveranciers. Ze onderschatten hun rol als gatekeeper en de milieudruk op installatievlak. Denk daarbij aan de noodzakelijke energie en sigle-use gebruiksmaterialen.
  • De handel is creatief in commerciële invullingen. Zien kansen, maar vooral ook bedreigingen. Kansen vooral door de mogelijkheid voor meer communicatie met de kopende klant en bedreigingen dat bij minder gebruik en lange levensduur ook minder handel zal zijn.
  • Bijna geen enkele partij heeft gehoord van het Circulair paspoort:
    • Ze weten niet waar data gehaald kan worden (informatie gap).
    • Er is behoefte aan standaard informatie per bewerking.
    • Er is een grote variëteit aan toegepaste materialen.
    • Er is grote diversiteit in verwachte levensduur (2-30 jaar).
    • Het is onduidelijk welk deel van het paspoort geldt voor betreffende partij.

 

Algemene conclusie

De drempel voor invoering van circulariteit ligt bij het inkoopproces. Het begint bij het omzetten van het circulair beleid naar duidelijke inkoopargumenten passend bij de gekozen inkoopstrategie. Deze omzetting is bepalend voor alle daaropvolgende inkoopprocessen. De aantoonbaarheid kan dan met het circulair paspoort geregeld worden, mits er uniforme data voorhanden is en duidelijk is welke informatie de betreffende partij aan moet leveren.

De Nederlandse toeleveringsmarkt is creatief genoeg om circulariteit door te voeren in de producten die geleverd moeten worden. Wanneer we ze op weg helpen zullen de engineers circulariteit snel omarmen. Alle bevraagde partijen gaven aan dat ze graag onderscheidend willen zijn en liever goed, dan goedkoop te willen leveren. Hierin willen ze zelfs een bevestiging zien in de vorm van een keurmerk.

Voordat het zover is doen alle partijen het zo goed als het moet, maar ook zo slecht als het kan.

Aanbeveling

Het projectteam gaat in samenwerking met een klankbordgroep een aanbeveling schrijven waarin de aandachtspunten uitgewerkt zijn. Dit document zal de basis vormen voor de methode om circulariteit praktisch en aantoonbaar te maken voor de procesindustrie. Daarbij gaan we zo veel mogelijk gebruik maken van de middelen die er al zijn.

De doelstelling is om tot een goede definitie te komen van een circulair beleid dat eenvoudig omgezet kan worden naar een inkoopstrategie. Deze input moet dan voldoende zijn voor de engineering om concreet invulling te geven aan een circulair ontwerp en de voorwaarden vastleggen voor het verdere technische verloop. De aantoonbaarheid van alle circulaire maatregelen zal daarbij vooral terugkomen in de opleverdocumenten. Traceerbaarheid en administratie zijn daarbij onvermijdelijk. De belangrijkste aspecten daarin zullen zijn: 

  • Circulair beleid vertalen naar een inkoopstrategie;
  • Circulaire bestemming (R-ladder);
  • Circulaire ontwerpaspecten;
  • Inzichtelijk maken van de circulaire KPI’s;
  • Standaardisering in LCA (levenscyclus analyse);
  • Het circulair paspoort (traceerbaarheid);
  • Verbinding met Machine Richtlijn/verantwoordelijkheden na einde levensduur;
  • Circulair gebruiksplan;
  • Implementatie tools;
  • Centraal beheerde en vrij beschikbare data.

De aanbeveling vanuit HDN zal omgezet worden in een stappenplan om de te ontwikkelen methode te toetsen in de procesindustrie. Daarbij hebben de meeste van de deelnemende partijen toegezegd om daar aan deel te nemen. Indien u als DMFI lid ook deel wil nemen aan dit traject, neem dan contact op met het secretariaat van DMFI.

Terug naar overzicht